historie vaartuig | De IJveer VIII is één van 7 identieke personenveren die voor de verbinding tussen Amsterdam “stad” en “noord” in bedrijf zijn geweest tussen 1922 en ongeveer 1970.
Deze IJveren zijn genummerd geweest van VII tm XIV. De IJveren II tm VI betrof schepen met een ander en divers uiterlijk.
Na 1946 hebben enkele moderniseringsrondes op de IJveer-schepen plaatsgevonden. Oa. Hermotorisering of van stoom naar diesel, wijziging van stuurhuis en schoorsteen. Sommige schepen zijn verlengd, waardoor de capaciteit van 145 naar 175 passagiers werd opgevoerd.
De IJveer VIII is gebouwd in 1922, bij de werf Ceuvel – Volharding te Amsterdam.
Na een werkzaam leven als passagiersschip is het schip in 1971 in partikuliere handen overgegaan.
Het schip heeft van1971 tot op heden dienst gedaan als recreatievaartuig. Daartoe zijn enkele aanpassingen aan de nieuwe functie aangebracht, maar het schip heeft desondanks heel veel van zijn oorspronkelijk karakter behouden, zowel uitwendig als inwendig.
Het schip is niet verlengd, de oorspronkelijke dekken en raampartijen zijn behouden, de motorkamer bezit de oorspronkelijke indeling, inclusief de elektrische regelkasten, pompen, generator, koelmechanieken en tanks.
De voortstuwing geschiedt met een Kromhout LW motor. Inmiddels ook een historisch exemplaar.
Het uiterlijk is coherent aan het referentiejaar, waarin de wijzigingen van schoorsteen en stuurhuis in de jaren 50 reeds aanwezig zijn.
De deksituatie is ongewijzigd. Wel is het bovendek aangepast aan het nieuwe gebruik als recreatievaartuig, het dek/dak van de passagiersaccomodatie is voorzien van houten vlonders en een uit veiligheidsoogpunt noodzakelijke reling.
Het achterschip met balkon is behouden; rondlopende bank conform oorspronkelijke bouw.
Het voorschip bevat een ankerlier en de tot in de jaren '30 gebruikte kajuit voor vrouwelijke passagiers.
Het schip heeft altijd een anker gehad. De ankerlier is waarschijnlijk in de jaren '50 aangebracht. Gelaste voetplaat en een anker met trommel en nestenschijf. De oorspronkelijke situatie betrof een zgn. pompanker.
Verschansing, bolders en voor het aanleggen benodigde “elleboog” zijn conform het bouwjaar.
Er zijn bijzondere- en oorspronkelijke details behouden gebleven. Zoals de dakindeling van de stuurhut, inclusief kompaskap en zoeklicht. Bijzonder zijn de reddingsboeien uit 1943 met apart opschrift, de oorspronkelijke signaalschellen, stekkerdozen uit de jaren '30, de deuren naar de kajuiten, de fietsenbergplaats, ventilatiedoorvoeren en allerlei klinkconstructie details.
Van de nog bestaande IJ-veren heeft dit schip nog het meest van de orginele betimmering behouden, inclusief de vooroorlogse bediening van de neerzakbare ramen met leren banden en bijhorende constructiedetails. Het plafond van het passagiersverblijf bevat de orginele (genummerde) plafondplaten van multiplex en de hardhouten verbindingslijsten. Opvallend zijn de details van de orgineel aanwezige elektrische installatie, inclusief leidingen, contactdozen en armaturen.
Er zijn een aantal oorspronkelijke inventarisstukken aanwezig, zoals een reserveschroef, materialen en opbergmogelijkheden van gereedschap, aanwijzingen voor het personeel en passagiers, inclusief de toenmalige dienstlijsten en bijbehorend kastje.
De IJveer VIII is een voorbeeld van Hollandse degelijke scheepsbouw en heeft als ruim 90 jarige grand old lady met oppassende eigenaren de tand des tijds goed doorstaan. |